Rapportage incidenten alternatieve brandstoffen

Sommige Nederlandse brandweerregio’s en het Nederlands Instituut voor Openbare Veiligheid (NIPV) drukten de behoefte uit om het aantal en soorten incidenten met Alternatief Aangedreven Voertuigen (AAV’s) in kaart te brengen. Dit verzoek en een project dat al was gestart door de Brandweer Twente vormden de basis voor het nationale project ‘Database incidenten alternatief aangedreven voertuigen’. Deze database bevat incidentinformatie verzameld door zowel de regionale Brandonderzoeksteams als het NIPV. Dit rapport is gebaseerd op deze database en geeft kwantitatieve informatie over de incidenten die plaatsvonden in de periode van 1 januari 2021 tot 31 december 2021.

HEEFT U EEN VRAAG?

Bekijk de eerder gestelde vragen óf stel zelf een vraag aan het KPT team. Wij zullen u zo snel mogelijk beantwoorden met een zo uitgebreid mogelijk antwoord.

Naar de vragen database

Het rapport beantwoordt de volgende vragen:

  1. Hoeveel incidenten met alternatief aangedreven voertuigen vonden er plaats in 2021?
  2. Wat waren de kenmerken van ongevallen met alternatief aangedreven voertuigen in 2021?
  3. Wat waren de kenmerken van branden met alternatief aangedreven voertuigen in 2021?

In 2021 reageerde de brandweer op in totaal 221 incidenten met AAV’s. Deze 221 incidenten bestonden uit 159 ongevallen en 62 branden. Het merendeel van de betrokken voertuigen waren personenauto’s; 54,7% van deze voertuigen waren elektrische auto’s en 38,7% waren (plug-in) hybride voertuigen. Bij 67 incidenten waren één of meer slachtoffers betrokken, waarvan er 5 overleden.

De 159 ongevallen omvatten in totaal 168 alternatief aangedreven voertuigen. Ongeveer de helft hiervan waren elektrische auto’s en ongeveer 40% waren (plug-in) hybride voertuigen. Er was één geval waarbij de brandstof bijdroeg aan het ongeval toen de batterij van het voertuig vlam vatte na de botsing. Er was geen enkel ongeval waarbij de batterij zodanig beschadigd was dat er gevaar voor elektrocutie ontstond. Het Crash Recovery System werd gebruikt om informatie te verzamelen bij 63,5% van de incidenten. Een warmtebeeldcamera werd 46 keer gebruikt om te controleren of de batterij bij het incident betrokken was. Er waren twee ongevallen waarbij het voertuig in een dompelcontainer werd geplaatst om het van de plaats van het ongeval te verwijderen.

In totaal waren er 62 branden met 77 alternatief aangedreven voertuigen betrokken. Hiervan was 61% een elektrische auto en ongeveer een derde was een (plug-in) hybride voertuig. De meeste branden vonden plaats in bebouwde gebieden, maar geen daarvan was in een parkeergarage. Bij 71 voertuigen met batterijen waren deze betrokken bij branden, en in 50,7% van deze gevallen was de batterij bij de brand betrokken. Bij een van de 7 voertuigen met een gastank begon de tank te ontploffen, waarbij het (waterstof) gas ontvlamde. De brandweer gebruikte ademhalingsapparatuur bij het bestrijden van 53 branden. Het CRS werd 51 keer gebruikt om informatie over de betrokken voertuigen te verkrijgen. Warmtebeeldcamera’s werden 28 keer gebruikt om te bepalen of de batterij betrokken was bij de brand. Er waren 23 incidenten waarbij het voertuig geparkeerd stond bij een laadpunt; de batterijen van 17 van deze voertuigen waren betrokken bij de brand. De voertuigen werden ondergedompeld in dompelcontainers bij 11 branden.